Een vochtmeter wordt ook gebruikt bij planten en dus met tuinieren. Dit wordt ook wel een bodemvochtmeter genoemd. Het idee van de bodemvochtmeter is dat het het vochtgehalte in de bodem meet en daarmee aangeeft of een plant meer water nodig heeft of juist minder. Het is dan ook de bedoeling dat je de vochtmeter bij de plant in de grond steekt. Daarna doet de vochtmeter zelf zijn werk.

Het leuke van de bodemvochtmeter is dat je ze in verschillende grote kunt krijgen. Dit maakt ze dan ook niet alleen geschikt voor buiten maar ook om de kamerplanten, of bakken op het terras of op je balkon in de gaten te houden.

Er zijn twee verschillende vochtmeters waaruit je kunt kiezen als je het vocht van je muur wilt weten. De ene meet het inwendige vocht de andere alleen de uitwendige. Wil je het inwendige vocht van de muur meten? Dan zul je een gaatje in de muur moeten maken. Het uitwendige vocht kun je meten door het apparaat tegen de muur aan te houden.

Als er teveel vocht in de muren zit, kan dit schimmel veroorzaken, waardoor je onnodig een schimmel verwijderaar moet aanschaffen. Hoe meer vocht er in de muur zit, voor gedurende een langere periode hoe groter de kans dat de muur zwakker wordt. De hoeveelheid vocht die in de muur aanwezig mag zijn, hangt af van het materiaal van de muur. Het ideale vocht gemiddelde ligt ergens tussen de vijf à twaalf procent.

Hout staat er om bekend dat het vocht vasthoudt. Dit is ook belangrijk omdat het een “levend” product is. Het heeft dan ook enigszins vocht nodig. Maar zodra er te veel vocht in hout zit zal het gaan rotten. Om dit te voorkomen kun je wederom door middel van een vochtmeter, speciaal ontwikkeld om het vocht in hout te meten, gebruiken om rotting voor te zijn.

Vocht in hout meet je door op drie verschillende plekken de vochtmeter in het hout te steken. In het midden, en vijf centimeter van iedere kopse kant. Zo voorkom je dat je dezelfde ader meet en een foutieve meting krijgt.